Niet alleen in het voetbal vinden er transfers plaats, ook in fondsenland zijn beheerders niet honkvast. Het vertrek van de fondsmanager kan het gevolg van zijn van goede prestaties waardoor hij een niet te missen aanbod van een concurrerende vermogensbeheerder krijgt. Maar hij kan ook worden gedwongen om op te stappen, omdat de resultaten tegenvallen.
Wat de reden ook is, een managerwissel is voor een belegger een belangrijk moment omdat degene die over zijn geld gaat wordt vervangen door een ander. Een fondsbeheerder is vaak de spil waar het bij een beleggingsfonds om draait. Hij of zij is verantwoordelijk voor de strategie, selecteert de effecten en construeert de beleggingsportefeuille.
Voor veel beleggers is een wisseling van de wacht bij het beheer van een fonds per definitie een rode vlag en verkopen ze hun positie. Zeker als de vertrekkende manager een goed track record heeft opgebouwd. Het fondshuis zal vaak melden dat het een incident is, dat een nieuwe, capabele beheerder het roer overneemt en dat verder alles business as usual is en zal blijven. Hoewel een dergelijke situatie waarbij een sleutelpersoon vertrekt volgens Morningstar om een zorgvuldige analyse vraagt en een sceptische houding geen kwaad kan, hoeft deze verandering niet per definitie een verkoopsignaal te zijn.
Solist of teamspeler
Als eerste stap om de impact van een managerwissel te doorzien is het raadzaam om te kijken naar hoe de situatie was voor het vertrek van de manager. Beheerde hij het fonds alleen, of was er een teambenadering waarbij er ondersteuning kwam van één of meerdere medebeheerders en/of een team van analisten? Belangrijke vragen die beantwoord moeten worden gaan over de omvang, kwaliteit en stabiliteit van deze ondersteuning.
Als de ondersteuning een belangrijke rol speelde binnen het fonds en de betrokken personen bij het fonds blijven, dan hoeft er niet zo veel aan de hand te zijn en kan de continuïteit van het fonds gewaarborgd blijven. Was de vertrekkende manager daarentegen een solist en beheerde hij het fonds alleen, dan is dit een serieuze bedreiging.
Het is voor particuliere beleggers helaas soms moeilijk om deze analyse grondig te maken, omdat informatie over eventuele ondersteuning van de fondsbeheerder niet altijd even makkelijk voor handen is. Morningstar pleit er dan ook voor dat fondshuizen openheid van zaken geven over wie er aan het roer staat bij een beleggingsfonds, door wie de beheerder wordt ondersteund en wat de ervaring is van deze personen.
Naast de grootte en kwaliteit van de ondersteuning is het ook raadzaam om te kijken naar de historie van het fondsbeheer. Is het een fonds waarbij het meer regel dan uitzondering lijkt dat er een nieuwe manager aantreedt, of zijn de beheerders doorgaans voor langere tijd aan het fonds verbonden? Wanneer er zich historisch gezien veel managerwissels hebben voorgedaan dan kan dit een negatief signaal zijn. Er kunnen organisatorische problemen zijn bij het fondshuis of in de omgeving waarin de manager moet opereren.
Dat een hoge omloopsnelheid van managers niet altijd hoeft te leiden tot slechte resultaten bewijst het Fidelity Global Financial Services Fund (Morningstar Analyst Rating: Bronze). Hier zijn sinds de introductie van het fonds in 2000 zes verschillende beheerders eindverantwoordelijk geweest. Bij dit fonds is de solide backup vanuit het analistenteam van groot belang, waardoor de invloed van de manager beperkter is en de managerwisselingen de continuïteit van de resultaten niet hebben geschaad.
Ervaren rot of getalenteerde nieuwkomer
Een belangrijke vervolgstap is de beoordeling van de nieuwe beheerder. Stelt het fondshuis een ervaren rot in het vak aan, of krijgt een onbekende –wellicht getalenteerde– beheerder de kans om zich te bewijzen? Zaken die een belegger moet beoordelen zijn bijvoorbeeld de ervaring van de nieuwe man aan de knoppen en de relevantie van deze ervaring. Een goede waardebelegger is immers nog geen goede beheerder voor een grondstoffenfonds, net zoals een door de wol geverfde small cap belegger zijn ervaring minder kan benutten op een sectorfonds waarin voornamelijk in grotere ondernemingen wordt belegd.
Ook kan er een verschil in benadering zijn. Zo is een goede stock picker niet per definitie iemand die ook goede landen- of regioselecties kan maken, of biedt het track record dat iemand heeft behaald met een goed gespreide portefeuille minder houvast wanneer hij vervolgens een geconcentreerde portefeuille gaat beheren.
Vorige werkgevers van de nieuwe manager kunnen ook nuttige informatie opleveren. Is de nieuwe manager werkzaam geweest bij een gerenommeerd fondshuis of heeft hij in teams gewerkt met zeer ervaren en getalenteerde beheerders? Een positief antwoord geeft vertrouwen, maar als de beheerder afkomstig is van een middelmatig fondshuis dan is het een reden om sceptischer te zijn.
Als de nieuwe manager beschikt over relevante werkervaring is het ook interessant om te kijken naar de rendementen die hij in het verleden met zijn fondsen neerzette. En dan vooral hoe de manager heeft gepresteerd over een hele marktcyclus (tijdens opgaande- en neergaande markten) en wat de onderliggende factoren zijn die aan deze resultaten hebben bijgedragen.
Heeft een bottom-up aandelenbelegger ook daadwerkelijk outperformance gehaald met zijn aandelenselectie, of is dit het resultaat geweest van sectorallocaties of beta-positioneringen (hoogrisico-positioneringen)? Is de outperformance consistent en een logisch gevolg van de strategie die de beheerder toepaste, of is één uitzonderlijk goed jaar de belangrijkste pijler onder de resultaten geweest?
Een nieuwe beheerder die voortkomt uit de eigen organisatie van het fondshuis kan een voordeel zijn. Hij is namelijk bekend met de filosofie van het fondshuis en de mensen die er werken, wat de overstap naar zijn nieuwe functie versoepelt. Een aandachtspunt hierbij is wel de verantwoordelijkheid van de beheerder. Wanneer de beheerder naast zijn nieuwe rol ook nog oude taken behoudt, dan kan de werkdruk te hoog worden wat invloed kan hebben op de resultaten van het fonds.
Beheerstijl
Een laatste aandachtspunt is of de beheerstijl van de nieuwe manager aansluit bij die van het fonds. Een nieuwe manager zal graag zijn eigen ideeën in de portefeuille willen doorvoeren en mogelijk zelfs het beleggingsproces willen veranderen. Dit leidt niet alleen tot een andere portefeuillesamenstelling, maar ook tot hogere kosten voor beleggers als gevolg van de transacties die worden uitgevoerd. Het is zeer belangrijk om er op te letten of de nieuwe manager veranderingen doorvoert in het proces en in de portefeuille. Dat blijkt bijvoorbeeld uit veranderingen in top-10 posities, sectorblootstellingen, geografische allocaties en het aantal namen in de portefeuille.
Op basis hiervan kan beoordeeld worden of het fonds nog hetzelfde fonds is als onder de oude beheerder en of het nog wel in de portefeuille van de belegger past. Als er forse wijzigingen zijn doorgevoerd in de portefeuille van het fonds dan is dat een goede reden om te verkopen. Het is bij het vertrek van een fondsmanager dan ook handig om een schaduwlijstje te maken met soortgelijke fondsen. Een belegger heeft dan mogelijke alternatieven helder op het netvlies staan en kan indien noodzakelijk gemakkelijk ook zelf overstappen naar een ander fonds.
Morgen in het vervolgdeel een mooi praktijkvoorbeeld: de recente wissel bij het beheer van BNP Paribas OBAM.