Duurzaam beleggen is in Nederland relatief populair, zowel onder institutionele als particuliere beleggers. Deels stimuleert de overheid om groen te beleggen, denk aan het fiscale voordeel dat beleggers krijgen bij investeren in zogenaamde groenfondsen. Ook krijgt duurzaam beleggen veel aandacht van de media. Zie de onthullingen over pensioenfondsen en banken die beleggen in fabrikanten van clusterbommen, maar ook berichtgeving over koningin Maxima die zich inzet voor microkrediet. En duurzame banken als ASN en Triodos hebben in Nederland een relatief grote (en groeiende) aanwezigheid.
Tegenwind
Helaas is de duurzame insteek van beleggers niet overal uitbetaald in financieel rendement. Sterker nog, in sommige categorieën hebben beleggers flinke klappen moeten verduren. Het zwaarst getroffen werden beleggingsfondsen die zich volledig op een duurzame sector richten zoals wind- en zonne-energie. Ondernemingen in deze sectoren zijn wat betreft hun omvang vaak een mid of small cap. Een fonds in de Morningstar-categorieën ‘Aandelen sector ecologie’ verloor over de laatste vijf jaar gemiddeld bijna vier procent per jaar. Terwijl een gemiddeld wereldwijd beleggend smallcapfonds zonder duurzame insteek er in dezelfde periode jaarlijks gemiddeld ruim zes procent op vooruitging.
In de Morningstar-categorie ‘Aandelen sector alternatieve energie’ was het nog erger. Over de afgelopen vijf jaar verloor een fonds gemiddeld bijna 10 procent op jaarbasis. Tot de grootste dalers in de portefeuille van menig fonds behoorden de voormalige beurslievelingen Vestas (windenergie) en First Solar (zonne-energie). Veel fondsbeheerder hadden een forse positie in deze twee bedrijven ingenomen, maar die verloren in vijf jaar maar liefst respectievelijk 87 en 75 procent van hun beurswaarde. Beide ondernemingen kregen te maken met flinke overcapaciteit in hun markten, mede onstaan door overheidssubsidies.
Hebben duurzame fondsen dan geen enkel bestaansrecht voor de toekomst? Dat is moeilijk te zeggen. De afgelopen 5 jaar zat er bijzonder veel tegen. De risico-averse markt prefereerde grotere, stabielere ondernemingen boven kleine bedrijven met een onzekere toekomst. Aan de ene kant zorgen overheidssubsidies voor overcapaciteit in sommige bedrijfstakken zoals zonnepanelen. Aan de andere kant gaven veel overheden prioriteit aan bezuinigingen, vaak ten koste van het duurzaamheidsbudget. Wanneer er een structureel economisch herstel in de markt komt en er meer geld te besteden is door overheden en consumenten, kan er zomaar weer momentum in deze sectoren komen met betere groeikansen, hogere winstverwachtingen en stijgende koersen.
Lichtgroen
Gelukkig waren er ook kleine lichtpuntjes. Wereldwijd beleggende “lichtgroene” aandelenfondsen (fondsen die breed beleggen in conventionele bedrijven maar met een screening op duurzaamheid) wisten over de afgelopen 3 en 5 jaar gemiddeld een beter rendement te boeken dan vergelijkbare beleggingsfondsen zonder duurzame inslag. Dit ging wel gepaard met een iets hogere volatiliteit. Helaas valt het plaatje weer negatief uit voor duurzame aandelenfondsen die in ‘Europa’ en ‘opkomende landen’ beleggen. In beide categorieën deden duurzame fondsen het iets slechter over drie en vijf jaar ten opzichte van niet-duurzame fondsen. Voor duurzame obligatiefondsen is het een gemengd beeld, terwijl duurzame mixfondsen het vrij goed deden.
Een deel van de underperformance bij duurzame aandelenfondsen kan worden verklaard uit de relatief hoge kosten (Total Expense Ratio). Het berekenen van hogere kosten aan beleggers wordt door fondshuizen misschien noodzakelijk geacht, vanwege de extra kosten die gemaakt worden met het installeren van een eigen team dat ondernemingen op duurzaamheid toetst of het aankopen van dergelijke informatie. Maar de hoge kosten maken het voor de fondshuizen een stuk moeilijker om hun vaak gebezigde stelling waar te maken, dat duurzaam beleggen niet ten koste gaat van het rendement.
In onderstaande tabel enkele duurzame beleggingsfondsen in diverse categorieën die zich meer dan goed staande hebben weten te houden 9klik op tabel voor vergroting):
Lees ook de analistenrapporten van deze duurzame beleggingsfondsen:
First State As Pac Sustainability A
ASR Fonds SRI Obligatiefonds
ING (L) Renta Fd Euro Credit Sust P EUR Acc
Sarasin Sustainable Portf Balanced EUR
ASR Fonds SRI Mixfonds
Petercam Equities Europe Sustainable B
RobecoSAM Sust Healthy Living B EUR
ASN Duurzaam Aandelenfonds
ING Duurzaam Aandelen Fonds
Quest Cleantech B
ASN Milieu & Waterfonds
KBC Eco World Acc
Parvest Global Environment C C
F&C Global Climate Opp A EUR
Dit artikel is eerder gepubliceerd op deze website op 24 juni 2013.