In de afgelopen decennia is de tijdshorizon van beleggers drastisch afgenomen. Dit blijkt uit een in 2005 gepubliceerd artikel in de Financial Analysts Journal, waarin Vanguard oprichter John Bogle terugblikt op 60 jaar fondsindustrie. Waar de gemiddelde tijdshorizon voor een belegger in beleggingsfondsen in 1950 op 10 jaar lag, was dit in 2005 ongeveer 4 jaar. Hetzelfde effect wordt waargenomen bij aandelenbeleggers. Hier daalde de gemiddelde tijdshorizon van aandelenbeleggers op de NYSE van 8 jaar naar 11 maanden.
Met de toename van het aantal hedge funds, high frequency traders en de toenemende druk op fondsmanagers om op korte termijn prestaties te leveren, is het aannemelijk dat de gemiddelde periode dat een belegger zijn aandelen in bezit heeft, veel verder is gedaald. De vraag is in hoeverre dit nog iets met beleggen te maken heeft, of dat dit doorslaat naar speculatie, gedreven door ADHD-gedrag van beleggers.
Rusteloze beleggers
Aan dit rusteloze gedrag van beleggers ligt de constante drang om de performance te controleren en te benchmarken ten grondslag. De druk bij de fondsbeheerder om constant beter te moeten presteren dan de benchmark, zorgt ervoor dat de beleggingshorizon wordt verkleind. Dit is het gevolg van een aversie tegen het moeten rapporteren van een underperformance.
Een fondsmanager die vlak voor de rapportagedatum een negatief resultaat in de boeken heeft, kan geneigd zijn om met een laatste (risicovolle) transactie de performance te redden.
Daarnaast kunnen actieve managers ervoor kiezen om dichter bij de index te blijven om maar niet te veel achterop te raken en uiteindelijk vermogen onder beheer te verliezen. Fondsbeheerders kunnen namelijk (mede) beoordeeld worden op basis van de omvang van het beheerd vermogen. En de makkelijkste manier om beheerd vermogen te verliezen, is door ondermaats te presteren.
De makkelijkste manier om ondermaatse prestaties tegen te gaan, is door dicht bij de index te blijven. Het ADHD-gedrag van beleggers lijkt daarmee een factor te zijn die het indexknuffelen van fondsmanagers in de hand werkt.
Focus op korte termijn
Dezelfde kortetermijnfocus wordt waargenomen bij het management van bedrijven. Ook hier is er de druk van aandeelhouders, maar ook het eigenbelang, dat ervoor zorgt dat de focus meer en meer op kortetermijnprestaties komt te liggen.
Aandeelhouders eisen een goed kortetermijnresultaat en de managers willen hier graag gehoor aan geven omdat dat ook interesant is voor het eigen beloningspakket, met name voor de waarde van personeelsopties. Een onderzoek van Graham, Harvey en Rajgopal wijst uit dat CFO’s een op lange termijn winstgevend project niet willen uitvoeren wanneer dit er op de korte termijn voor zorgt dat de winst wordt gedrukt beneden de algehele marktverwachtingen.
Beleggers lijken de juiste horizon voor voor beleggingen verloren te hebben en eisen een constante outperformance van zowel bedrijven als beleggingsfondsen. Dit is iets dat onmogelijk is. Er zijn altijd perioden dat een bepaalde strategie het minder goed doet dan voorheen, of dat er een verkeerde keuze wordt gemaakt. Maar dit is geen reden om continu de strategie te gaan veranderen. Een goed langetermijnrendement vereist geen continue outperformance. Wel rationaliteit, standvastigheid en veel geduld.
Lees ook eerdere columns van Jeffrey Schumacher:
- De dividendprotefeuille van de toekomst
- Pas op met dure dividendaandelen
- De drie meest overtuigende dividendfondsen