Een beleggingsfonds brengt beleggers samen. Een fonds verzamelt vermogen van individuen om deze vervolgens namens de groep te beleggen in een portefeuille van effecten, zoals obligaties en/of aandelen.
Er zijn verschillende soorten fondsen. Er zijn beleggingsmaatschappijen in de vorm van een NV of BV, maar ook fondsen voor gemene rekening, buitenlandse beleggingsfondsen en unit linked fondsen. Daarnaast kunt u nog onderscheid maken tussen wel-beursgenoteerde en niet-beursgenoteerde fondsen. De term beleggingsfonds of fonds wordt in deze cursus als verzamelterm gebruikt voor al deze typen fondsen. Het principe van al deze soorten fondsen is hetzelfde. Wij zullen de term fonds niet gebruiken voor een individueel aandeel of obligatie.
De werkwijze
Wanneer u een beleggingsfonds aanschaft, koopt u eigenlijk aandelen in dat beleggingsfonds. Als het fonds om wat voor reden dan ook geen rechtspersoonlijkheid heeft, en het dus geen NV of BV is, dan koopt u geen aandelen maar participaties. Het principe is hetzelfde. Een beursgenoteerd beleggingsfonds is op twee manieren verkrijgbaar: direct op de beurs (via iedere commissionair) of via de beleggingsrekening van diegene die het fonds aanbiedt. Niet-genoteerde fondsen zijn alleen op de laatste manier verkrijgbaar. Het onderscheid tussen giraal beleggen en via de beurs kan ingewikkeld lijken, vooral ook omdat u bij een bank vaak de eigen huisfondsen op beide manieren kan kopen. Het is daarom goed om in het achterhoofd te houden dat als u via de beurs belegt u op ieder moment van de beursdag kan verkopen. Belegt men giraal dan kan men ook niet-genoteerde fondsen kopen en kan men maar op één moment van de dag handelen.
Als u een beleggingsfonds via het girale systeem van een bank of fondsaanbieder koopt, is het mogelijk om gedeeltes van een aandeel of participatie te kopen en kunt u vaak ook een bedrag per maand beleggen. Als een fonds op de beurs wordt gekocht, kunt u vanzelfsprekend alleen ‘hele aandelen’ kopen.
Een beleggingsfonds heeft een prijs. Vaak wordt die prijs door beleggers de koers genoemd (strikt genomen hebben alleen beursgenoteerde fondsen een koers). Als u bijvoorbeeld 1000,00 in een beleggingsfonds met een koers van 118.74 steekt, krijgt u 8.42 aandelen in dat fonds.
Bij de aankoop van het beleggingsfonds neemt de fondsmanager uw geld samen met ander ‘nieuw’ geld onder zijn hoede en voegt dat bij het kapitaal dat al was belegd in het fonds. Gezamenlijk vormen deze middelen het fondsvermogen. Het fondsvermogen wordt belegd in aandelen, obligaties, onroerend goed, geldmarktpapier of een combinatie van deze. Deze beleggingen worden vaak posities of holdings genoemd. Gezamenlijk vormen de afzonderlijke posities de portefeuille van het fonds.
Als belegger in een beleggingsfonds krijgt u als het ware een gedeelte van de portefeuille. Onafhankelijk van hoeveel u belegt, is uw eigen belegging altijd een miniatuur van de fondsportefeuille.
Laten we dit verduidelijken met een voorbeeld. Stel, u belegt uw portefeuille in het Wereldfonds, dat enkele miljarden groot is. De top drie Holdings van het fonds bestaat uit 10 procent Microsoft, 5 procent General Electric en 4 procent Royal Dutch Shell. Uw persoonlijke portefeuille (als dit uw enige fonds is) ter grootte van enkele duizenden euro’s, bestaat eveneens uit 10 procent Microsoft, 5 procent General Electric en 4 procent Royal Dutch Shell. Stijgt het fonds 1 procent in koers, dan stijgt ook uw portefeuille 1 procent in waarde.
Open end en closed end fondsen
Een open end beleggingsfonds is een collectieve belegging waarvan het aantal aandelen kan variëren. Als er per saldo vraag is naar het fonds, worden extra aandelen uitgegeven. Als er meer aanbod dan vraag is, koopt het fonds aandelen in.
Closed end fondsen zijn beleggingsfondsen waarvan het aantal uitstaande aandelen vast is. Net als bij aandelen wordt er bij de introductie een bepaald aantal aandelen aan het publiek aangeboden die vervolgens op de beurs wordt verhandeld. De koers is afhankelijk van het sentiment onder beleggers en kan afwijken van de intrinsieke waarde. Bij een koers onder de intrinsieke waarde spreken we van een discount, bij een koers boven de intrinsieke waarde spreken we over een premium.
Gehedged
Hoe ziet het hedgingbeleid eruit?
Wanneer fondsbeheerders buitenlandse aandelen kopen, schaffen ze per definitie ook de vreemde valuta aan waarin die aandelen worden uitgedrukt. Het rendement van een buitenlands aandeel is dus eigenlijk een combinatie van twee elementen: de prestaties van het aandeel zelf en de prestaties van de valuta van het land ten opzichte van een ‘in om te ruilen’ valuta.
Een voorbeeld. Stel, u koopt het Japanse aandeel van Sony (SNE). De waarde van het aandeel zelf stijgt met 10 procent. Dat is echter buiten de yen (JPY, Japanse valuta) gerekend, die 15 procent inboet ten opzichte van de Euro. Als Europese belegger heeft u geld verloren aan deze belegging: terwijl de koers van het aandeel steeg, is de valuta in waarde gedaald. Wat als de JPY echter met 10 procent stijgt? In dat geval heeft u uw rendement verdubbeld: u ontvangt namelijk de aandelenkoersstijging van 10 procent én de valutastijging van 10 procent.
Beheerders kunnen buitenlandse aandelen aanhouden en hun blootstelling aan vreemde valuta’s met een minimum aan moeite uitwissen. Dat doen ze door hun vreemde valuta’s te hedgen (indekken): de vreemde valuta’s worden omgewisseld voor Euro of USD.
Terug naar ons voorbeeld. U koopt Sony, maar dekt uw valuta’s in (hedging) door JPY te verkopen en Euro’s te kopen. Het aandeel Sony wint 10 procent en de JPY verliest 10 procent ten opzichte van de Euro. Dankzij uw ingedekte valutablootstelling heeft een stijging of daling van de JPY geen impact meer op uw belegging.
De meeste studies geven aan dat valutahedging over zeer lange perioden slechts een minimale impact uitoefent op rendementen. Over kortere perioden kan hedgen de prestaties van een fonds wel aanzienlijk doen stijgen of dalen.
Indien u niet helemaal begrijpt waarom een buitenlands fonds zich op een bepaalde manier gedraagt, is de kans groot dat de fondsbeheerder zich met de valuta’s bezighoudt. Om onverwachte toestanden te vermijden die met slecht getimede valutatransacties gepaard kunnen gaan, kunt u voorrang geven aan fondsen met een strikt hedgingbeleid (fondsen die dus nooit of altijd hedgen).
Raadpleeg het prospectus of het aandeelhoudersverslag van het fonds om te weten te komen of het al dan niet aan valutahedging doet. Ingeval deze informatie niet in het prospectus of het aandeelhoudersverslag vermeldt wordt, neemt u best telefonisch contact op met de maatschappij.
Lesoverzicht >