Chrysler trekt bij Fiat de kar. Dat werd duidelijk bij de presentatie van de eerstekwartaalcijfers van de Italiaans-Amerikaanse autoproducent. Door de prestaties van Chrysler en van Fiat’s activiteiten buiten Italië waren de eerstekwartaalcijfers van het Fiat-concern beter dan verwacht. De nettowinst bedroeg 379 miljoen euro, tien keer meer dan de 37 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2011. De omzet kwam uit op 20,2 miljard euro, 8,6 procent meer dan vorig jaar, en werd vooral gestuwd door het succes van Chrysler.
De Amerikaanse autofabrikant is voor 58,5 procent in handen van Fiat en verkocht in de eerste drie maanden van 2011 33 procent meer auto’s. Met name op de Amerikaanse thuismarkt waar de verkoop met 36 procent toenam in vergelijking met een gemiddelde van 13 procent in de gehele autosector.
De omzetcijfers van Fiat zonder Chrysler laten een heel ander beeld zien, namelijk een daling van 5,7 procent van 9,2 naar 8,7 miljard euro. Toch is dat minder slecht dan het lijkt. In Europa werden in het eerste kwartaal 7,7 procent minder auto’s op kenteken gezet waaronder een forse daling van 20,1 procent op Fiat’s thuismarkt in Italië. In Brazilië daalde de markt voor nieuwe auto’s in de periode januari-maart met 0,8 procent, maar nam de omzet van Fiat met 13,8 procent toe.
Naast Fiat en Chrysler heeft het Fiat-concern ook nog de massamerken Alfa Romeo en Lancia en de luxemerken Ferrari en Maserati in de showroom staan. Daarnaast heeft het nog dochterondernemingen die auto-onderdelen produceren (Magneti Marelli en Teksid) en systemen voor autoproductie (Comau).
Ondergewaardeerd
Morningstar blijft enthousiast over het aandeel Fiat. Analist Richard Hilgert handhaaft de fair value van Fiat (de waardering van een onderneming op basis van de geschatte, toekomstige kasstroom) op 14 euro per aandeel. Met een huidige koers van 3,35 euro betekent dit dat het aandeel in zijn ogen zwaar ondergewaardeerd is. Het noteert momenteel dan ook vijf sterren en staat op Morningstar’s lijst met Aanbevolen Aandelen.
"De integratie van Fiat en Chrysler bevindt zich nog steeds in een beginstadium en als die eenmaal is voltooid dan levert dat een aanzienlijke operationele hefboom op", vertelt Hilgert. Fiat is in de ogen van de analist bezig om een wereldwijd concurrerend automotiveconcern te creëren. "Geografische diversificatie en potentieel operationele leverage verkleinen verder de afhankelijkheid van de onderneming van zijn thuismarkt. Een breed scala aan volume- en luxemerken die alle segmenten van de automarkt bedienen reduceren de afhankelijkheid van een bepaald merk of bepaald model."
Door zijn geografische spreiding en programma’s van Europese overheden om de autoverkoop te stimuleren leed Fiat de afgelopen jaren minder onder neergang van de wereldwijde autovraag. In Brazilië is het marktleider met een aandeel van 23 procent. In de andere BRIC-landen heeft het samenwerkingsverbanden. Hilgert: "Fiat zou moeten kunnen profiteren van de gezonde vraag naar nieuwe auto’s in deze landen. Maar de onderneming was een relatieve laatkomer in Rusland, India en China waardoor het achter ligt op al gevestigde concurrenten."
Badge engineering
In totaal heeft het Fiat-concern zeven merken waarmee het in alle behoeften van de autoconsument kan voorzien. Een keerzijde is dat meer merken hogere marketing- en distributiekosten met zich meebrengen. “Als Fiat zijn beleid verkeerd uitvoert kan het ten prooi vallen aan dezelfde badge engineering als General Motors in het verleden waarbij er slechts kleine verschillen waren tussen auto’s en alleen het logo op de grille onderscheidend was”, waarschuwt Hilgert.
Toch verwacht hij niet dat het zo ver komt. "Fiat zal zijn merken differentiëren terwijl het onderhuids dezelfde architectuur gebruikt en slechts een kleine overlap, zo die er al is, zal er waarschijnlijk ontstaan in dezelfde geografische gebieden. Daarnaast verkleint een gediversifieerde merken- en modellenportefeuille de blootstelling aan een bepaald marktsegment dat beter of slechter presteert afhankelijk van de economische ontwikkelingen of veranderingen in consumentenvoorkeuren."
Synergievoordelen
De synergievoordelen van Fiat en Chrysler bestaan eruit dat Chrysler toegang heeft tot Fiat-technologie, platformen en aandrijflijnen voor kleine en middelgrote auto’s. Hiermee kan het zijn modellengamma uitbreiden met milieuvriendelijke auto’s met lage emissiewaarden. Fiat kan op zijn beurt gebruik maken van de onderstellen en aandrijflijnen van Chrysler voor grotere auto’s zoals sedans en kleine bedrijfsvoertuigen. Beide ondernemingen hebben toegang tot elkaars distributie- en dealernetwerk waarmee Chrysler de zo benodigde internationale blootstelling verkrijgt. Voor Fiat betekent het ook een rentree op de Amerikaanse automarkt, nog altijd één van de grootste markten voor nieuwe auto’s.
Eén zorg die Hilgert nog heeft, is of het management van Fiat de twee verschillende activiteiten van het concern -autoproductie en de productie van onderdelen- effectief kan leiden en kan laten groeien op de lange termijn. De vraag naar onderdelen is afhankelijk van de vraag naar auto’s maar beide sectoren kunnen ook hun eigen dynamiek hebben. "Maar het pleit voor het management dat de dochterondernemingen met onderdelen en systemen erg winstgevend zijn in verhouding tot de auto-assemblage en concurrerend zijn ten opzichte van andere Europese toeleveranciers voor de auto-industrie."
De mogelijkheden voor Fiat op een rij gezet doet sterk denken aan de weg die het Volkswagen-concern al heeft afgelegd. De Duitse autofabrikant heeft een brede en diepe merk- en modelportefeuille met volume- en premiummerken en met zijn Baukasten-systeem bouwt het verschillende modellen op een relatief beperkt aantal platformen. Fiat heeft de potentie in huis om het succesverhaal van Volkswagen na te volgen.
Lees ook
Analyse aandeel Fiat
Morningstar’s Aanbevolen Aandeel
Koers Fiat