Als het doorgaat, dan zet het de verhouding in het Europese autolandschap behoorlijk op zijn kop: Peugeot is in gesprek met General Motors om Opel over te nemen. De Amerikanen zouden van hun Europese dochter, die de merken Opel en Vauxhall omvat, af willen. Peugeot en Opel in Europa samen zouden Renault van de tweede plek verdringen, achter marktleider Volkswagen.
Het is niet voor het eerst dat General Motors overweegt om Opel van de hand te doen. Vijf jaar geleden spraken Peugeot en Opel al over het vormen van een alliantie. Eerder, in 2000 was er een vrijage van GM met Fiat, waarbij belangname van beide in elkaar de opmaat leek naar een samengaan. Maar dat kwam er niet van en de wederzijdse aandelenbelangen werden weer afgestoten.
Weer om tafel
Nu zitten Groupe PSA (het moederbedrijf van Peugeot en Citroën) en General Motors (moeder van de Europese merken Opel en Vauxhall) dus weer aan tafel. Morningstar-analist Richard Hilgert laat zijn licht schijnen over een eventuele deal. Een samengaan van de twee zou flinke kansen bieden tot synergie en kostenbesparingen. Alleen al de gezamenlijke inkoop van onderdelen zou veel besparing kunnen opleveren.
Peugeot 2008. Foto: Peugeot mediacenter
Samen efficiënter
Het grootste voordeel schuilt nog een stap verder, in het beter benutten van elkaars productiecapaciteit. Want beide kampen met overcapaciteit. Opel heeft in zijn thuisstad Bochum al een grote fabriek gesloten als gevolg van de teruglopende verkopen en de aanhoudende verliezen in de afgelopen jaren. Ook bij Peugeot ging het mes erin. Een voorschot op een samenwerking is al genomen doordat Opel mogelijk de productie van de volgende generatie Zafira onderbrengt bij een fabriek van Peugeot in Frankrijk.
De grote voordelen gaan pas echt komen bij de gezamenlijke ontwikkeling van nieuwe modellen. De levenscyclus van een automodel duurt tussen 7 en 12 jaar, vanaf de eerste schets op de tekentafel tot aan het productie-einde. Dus het duurt even voordat de eerste modellen die Peugeot en Opel samen kunnen ontwikkelen op de weg verschijnen. Ook daar zijn al bestaande plannen. De volgende generaties van de Opel Insignia en de Citroën C5 komen op een nieuw, gezamenlijk ontwikkeld platform te staan.
Politieke bemoeienis
Maar dan doemt een probleem op. Want het rationaliseren van beider productiecapaciteit, lees inkrimpen, zal ten koste gaan van fabrieken en banen in Frankrijk en Duitsland. Peugeot en Opel hebben beide sterke wortels in hun thuislanden. Ongetwijfeld zal de politiek zich er mee gaan bemoeien, nog afgezien van de vakbonden die zich zullen roeren.
Wie zal bereid zijn offers te brengen? Gaan de Duitsers banen opgeven zodat de Franse fabrieken optimaal benut worden met behulp van Opel-modellen? Of andersom?, zo vraagt analist Hilgert zich af. Politici in beide landen zullen zich sterk maken om het verlies bij de ander neer te leggen. Dat wordt nog een fikse klus. Maar het is wel noodzakelijk en feitelijk de enige echte achterliggende redenen voor een samengaan.
Initiatief van Peugeot
Dat Peugeot nu het initiatief lijkt te nemen en de gesprekken gaan over een overname van Opel en niet een fusie van gelijken, past in het beeld dat de Fransen na een aantal moeilijke jaren er nu weer wat beter voor staan. Huidig CEO Carlos Tavares heeft flink gesneden in het bedrijf om de dalende verkopen op te vangen en de kosten beter af te stemmen op de nieuwe, somberder werkelijkheid. Het modellenpalet van Peugeot en zustermerk Citroën is danig opgefrist en daar zitten enkele grote succesnummers tussen, zoals de Peugeot 308 en de Citroën Cactus.
Opel Ampera-e. Foto: Opel pressroom
Andere allianties
Hilgert trekt de parallel met andere allianties die zich wel al bewezen hebben. Het beste voorbeeld is de alliantie van Renault en Nissan. Zij hebben nauwelijks geografische overlapping. Renault is sterk in Europa en Nissan in Japan en Noord-Amerika.
Samen hebben ze tal van nieuwe modellen ontwikkeld voor hun beider merken die platforms en componenten delen, maar toch een eigen gezicht hebben. Ook werkte de krachten bundeling goed uit bij onderdeleninkoop en logistiek. Daar waar nodig zetten ze elkaars productiecapaciteit in om hun thuismarkten optimaal te kunnen bedienen.
Twee zwakke broeders
Bij Peugeot-Opel ligt het anders, vindt Hilgert. Kort gezegd, Peugeot en Opel samen zijn twee zwakke broeders die op elkaar proberen te leunen. Hun samengaan is niet het uitnutten van gezamenlijk groeipotentieel, maar samen de pijn van noodzakelijke saneringen verdelen.
Als Peugeot tot doel heeft om zijn zelfstandigheid te behouden door een overnameprooi te zoeken die past bij zijn strategische visie en voor kostenbesparingen kan zorgen, dan is het overnemen van Opel niet het juiste antwoord, stelt analist Hilgert. Peugeot moet een gezondere kostenstructuur neerzetten dan aansluiting van Opel kan bieden.
Betere partners
Hilgert ziet voor Peugeot meer in een alliantie met Mazda of met Tata Motors. Dan hebben beide partners nauwelijks overlap en kunnen ze elkaars thuismarkten versterken. De schaalgrootte zorgt voor efficiency bij inkoop en productontwikkeling en mogelijkheid om de capaciteit beter te benutten.
De prijs
Dan de prijs die Peugeot voor Opel zou moeten neertellen. Hilgert calculeert dat Opel omstreeks 3 maal de verhouding marktkapitalisatie/EBITDA (geschoonde bedrijfswinst) waard is, gegeven de verliezen die Opel al jaren lijdt. Over 2016 bedroeg het operationele verlies van de business unit General Motors Europe 257 miljoen dollar. Hilgert rekent met een marktkapitalisatie tussen 500 en 700 miljoen dollar voor GM Europe.
Vooralsnog laat de analist zijn Fair Value van 11 euro voor PSA ongemoeid. De gesprekken zijn volgens Hilgert serieus, maar er liggen een boel kwesties op tafel en hij houdt er rekening mee dat beide partijen uiteindelijk misschien helemaal niet tot een deal weten te komen.
(klik op tabel voor vergroting)
Lees meer over de autoindustrie:
- Een jaar na het sjoemelschandaal - deel 1: de grote namen
- Een jaar na het sjoemelschandaal - deel 2: de niche-spelers