Zo bepaal je of een fonds liquiditeitsrisico heeft

Liquiditeit is een een punt van zorg voor fondsbeleggers, zo hebben de recente kwesties rond Woodford en H20 aangetoond. Gebrek aan liquiditeit kan een beleggingsfonds zodanig in moeilijkheden brengen, dat het - al dan niet tijdelijk - moet sluiten. Morningstar biedt een stappenplan waarmee de belegger kan nagaan hoe het is gesteld met de liquiditeit van een beleggingsportefeuille.

Jeffrey Ptak 29 juli, 2019 | 9:34
Facebook Twitter LinkedIn

Een beleggingsfonds moet altijd in de gelegenheid zijn om te handelen, als beleggers willen uitstappen of om een andere reden, en er moet inzicht zijn in de marktprijs van de onderliggende assets en de manier waarop die tot stand komt. Veruit de meeste beleggingsfondsen beleggen in assets die voldoende liquide zijn en waarvan de prijsvorming transparant is. Het grootste deel van de markt begeeft zich in aandelen en obligaties die breed verhandeld worden en beursgenoteerd zijn. Minder liquide assets nemen doorgaans een klein deel van de portefeuille in, zodat die geen bedreiging voor het geheel vormen.

Maar dat kan dus wel een bedreiging worden, als te veel beleggers te snel willen uitstappen of als de beheerder grote risico’s neemt door een te groot deel van de portefeuille in minder liquide assets te beleggen of zich te begeven in assets waarvan de prijsvorming onduidelijk is, betoogt Jeff Ptak, Morningstar's wereldwijde hoofd fondsenresearch.

Helderheid scheppen
De eindbelegger die wil weten of dit gevaar zich voor kan doen bij de fondsen waar hij in belegt, kan aan de hand van enkele stappen helderheid scheppen over deze risico’s.

Ten eerste is het zaak om na te gaan wat er allemaal in portefeuille zit. Van de portefeuilleposities is na te gaan wat voor type assets het precies zijn, en vervolgens is vast te stellen hoe liquide die zijn. Zijn het bijvoorbeeld private, niet-beursgenoteerde assets? Dat is makkelijk te zien, want die hebben geen ticker-code.

Bekijk de kwartaalrapportages en jaarverslagen van een fonds op het gebruik van de term ‘liquide’. Fondsen moeten in hun rapportages duidelijkheid geven over de uitvoering en effectiviteit van hun risicobeheersingsprogramma.

Posities waarderen
Een andere manier om liquiditeit te beoordelen is door na te gaan hoe een fonds zijn posities waardeert. Ook daar geven fondsen doorgaans informatie over, zij het niet altijd even prominent. Kijk daarbij vooral naar beleggingen waar geen marktkoers voor wordt afgegeven, zodat het fonds zelf een inschatting moet maken van de waarde. Dat is een indicatie voor een mogelijk gebrek aan liquiditeit.

Aan de hand van deze stappen is te bepalen uit wat voor posities de portefeuille bestaat. Vervolgens is het zaak om na te gaan hoeveel een fonds daarvan bezit en hoe zich dat verhoudt tot de totale marktomvang van de betreffende asset en het handelsvolume. Stel dat een aandeel een dagelijks handelsvolume kent van 100.000 stukken. Als de positie van een fonds in dat aandeel 10.000 stukken omvat, kan het die makkelijk verkopen zonder de handel te verstoren.

Maar als het fonds veel meer dan de dagelijkse handelshoeveelheid bezit, zeg 1 miljoen aandelen, dan is het onmogelijk om die te verkopen zonder dat er problemen ontstaan. Bij massale verkoop wordt de markt overspoeld en dat zal de prijs drukken, met alle gevolgen vandien voor de opbrengst voor het fonds.

Concentratie
Dit voorbeeld schetst het probleem van de hoge concentratie van een asset in een fonds. Dat staat los van het feit of de asset liquidie is of niet. Die kan liquide genoeg zijn, maar als de positie in een fonds zo groot is als in het voorbeeld, dan verstoort dat alsnog de markt.

Hoe groter een positie is ten opzichte van het handelsvolume, of hoe groter de weging, hoe langer het duurt voor een fonds die volledig kan verkopen zonder marktverstorend te zijn. Om dat inzichtelijk te maken heeft Morningstar het zogeheten ‘burndown’ model ontwikkeld. Dat laat zien hoe lang het duurt om een portefeuille te liquideren. Naarmate de portefeuille minder liquide wordt bij uitverkoop, gaat het langer duren om ook de rest uit te verkopen:

Jeff Ptak liquidity exhibit

(klik op afbeelding voor vergroting)

Wie nog meer?
Een ander aspect is het bepalen wie allemaal nog meer dezelfde asset bezit. Is dat gespreid of is het bezit geconcentreerd bij slechts enkele fondsen of aandeelhouders? Als dat laatste het geval is, en eindbeleggers willen uitstappen, dan zal een disproportioneel groot deel van die assets ineens op de markt komen, met alle gevolgen vandien voor de prijs.

Nu is het niet zo dat uitstroom uit een fonds heel groot moet zijn om liquiditeitsproblemen te veroorzaken. Dat kan ook stapsgewijs, bijna ongemerkt. Als er uitstroom optreedt, dan zal de beheerder een deel van de portefeuille liquide maken door de assets te verkopen die het makkelijkst van de hand gaan en de beste prijs opleveren.

Daardoor blijven er verhoudingsgewijs meer lastig te verkopen assets in portefeuille over. Als dat stap voor stap in kleine beetjes zo gaat, dan treedt na verloop van tijd een liquiditeitsprobleem op, omdat alleen nog assets zijn overgebleven die moeilijk te slijten zijn.

Verkoopgolf
Tot slot kan liquiditeit in problemen komen doordat te veel fondsen tegelijk hetzelfde proberen te verkopen. Neem het eerdere voorbeeld van de 10.000 aandelen op 100.000 verhandelde stukken gemiddeld per dag. Dat is het beslissing van één fonds.

Maar stel dat er andere fondsen, die veel groter in diezelfde asset zitten, ook gaan verkopen. Dan wordt de markt alsnog overspoeld door de veelheid aan partijen die hetzelfde willen. Met alle gevolgen vandien voor de prijs.

 

Lees meer:

- Liquiditeitsrisico kan een fonds op slot gooien

Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

Jeffrey Ptak  Head of Manager Research

© Copyright 2024 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten