Als het goed is, heb je nu vastgesteld wat jouw prioriteiten en voorkeuren zijn op het gebied van duurzaam beleggen én heb je een idee van hoe ESG-bestendig je huidige beleggingen zijn. Dan is het nu tijd om te bedenken welke aanpak je het beste ligt om je beleggingsportefeuille een duurzamer karakter te geven. Daarbij heb je grofweg de keuze tussen de volgende vier manieren voor omvorming:
1. Je gooit de bedrijven die het beroerdst scoren op ESG-gebied uit je portefeuille.
2. Je selecteert juist de hoogvliegers op duurzaam gebied.
3. Je wilt niet zelf de keuze maken tussen wie wel en niet, en belegt passief.
4. Je kiest obligaties die zijn gericht op specifieke duurzame projecten.
Optie 1: Sluit bad guys uit
Bijna alle duurzame aandelenfondsen sluiten wel partijen uit. Vaak sluiten zij ondernemingen uit die alcohol, tabak, porno, bepaalde typen wapens (voor civiel gebruik of militaire zaken zoals clusterbommen) of fossiele brandstoffen produceren, of hun geld verdienen met gokspelen. Uitsluiting van partijen kan je doorvoeren om allerlei redenen, zoals waarden en normen die voortkomen uit religieuze overtuigingen. Denk aan beleggingsfondsen met een katholieke signatuur of sharia-conforme fondsen: die willen vaak verre blijven van bedrijven die geld verdienen aan porno, gokken of alcohol.
Het kan ook zijn dat een beleggingsfonds een bedrijf puur op financiële gronden uitsluit – bijvoorbeeld de vooruitzichten van de economische sector of bedrijfstak waarvan het deel uitmaakt. Zo willen sommige fondsmanagers om die reden niet meer beleggen in bedrijven uit de energiesector. Een derde reden van uitsluiting kan in wetgeving zitten: fondsen die in de Europese Unie verkocht worden, mogen bijvoorbeeld niet meer in bedrijven investeren die meer dan 25% van hun inkomsten uit de productie van wapens voor civiel gebruik halen.
Tegen uitsluiting van bad guys bestaat overigens wel een sterk argument: omdat je zo je beleggingsuniversum beperkt, kun je als fonds rendement mislopen en minder goed gaan presteren dan soortgenoten.
Optie 2: Omarm de duurzame hoogvliegers
Een wat positievere benadering is om aandelen of obligaties te kopen van bedrijven die het goed doen op ESG-gebied, in plaats van je te concentreren op problematische exemplaren. Dan kom je volgens analisten Josh Charlson en Alyssa Stankiewicz van Morningstar meestal uit bij actief beheerde fondsen waarvan de fondsmanager ernaar streeft om de rest van de markt te verslaan qua rendement. Zij selecteren aandelen op basis van de financiële vooruitzichten en fundamenteel onderzoek naar hun duurzaamheidsgehalte.
Die selectie wordt vervolgens geoptimaliseerd aan de hand van duurzaamheidscriteria, zodat de beheerder actief de best mogelijke, op duurzaamheid én rendement toegesneden portefeuille weet op te bouwen, met de optimale weging voor ieder aandeel.
Optie 3: Kies niet zelf maar ga passief beleggen
In het algemeen valt er veel te zeggen voor passief beleggen. Jaar in jaar uit wijst onderzoek van Morningstar uit dat actief beheerde fondsen hun passieve concurrenten die simpelweg een index volgen, doorgaans niet weten te verslaan. Morningstar's jaarlijkse Active/Passive Barometer laat zien dat in de meeste categorieën passief een hoger rendement haalt dan actief. Lees hier de bevindingen over 2020:
En voor wie nog verder in de historie wil duiken zijn dit de conclusies over 2019:
- Active-Passive Barometer Europa 2019: passieve aandelenfondsen verslaan actieve meestal
- Active-Passive Barometer 2019: passieve obligatiefondsen succesvoller dan actieve
Wel waarschuwen Charlson en Stankiewicz van Morningstar dat passief beleggen moeilijker is als je ESG-data moet meewegen in een index, omdat er (nog) geen standaard bestaat voor duurzame indices. Daardoor gaan verschillende indexmakers verschillend om met het incorporeren van ESG-data, aldus de twee analisten. Ook zouden passieve duurzame fondsen zich vaak richten op data uit het verleden en daardoor minder goed voorbereid zijn op abrupte marktschommelingen.
Optie 4: Richt je op duurzame obligaties
Niet alleen passieve duurzame aandelenfondsen hebben het volgens Charlson en Stankiewicz lastiger in ESG-opzicht, datzelfde geldt volgens hen ook voor duurzame obligatiefondsen. Dit heeft verschillende redenen, aldus de twee Morningstar-analisten.
Een daarvan is dat sectoren die grote uitdagingen hebben op duurzaamheid, zoals de energiesector, meestal zwaardere posities innemen in obligatie-benchmarks dan in aandelen-benchmarks. Als een ESG-gericht obligatiefonds schuldpapier van energiebedrijven zou uitsluiten, dan zou het rendement ervan zodanig afwijken van de benchmark dat zo'n fonds niet zomaar te prefereren is.
Er bestaat echter één beleggingscategorie waar obligatiefondsen juist in het voordeel zijn ten opzichte van aandelenfondsen, en dat is impactbeleggen. Anders dan aandelen kan schuldpapier kan immers geoormerkt worden voor specifieke duurzame projecten en initiatieven die het belegde vermogen direct koppelen aan duurzame uitkomsten. Zulke obligaties worden ook wel green bonds genoemd.
Daar komt bij dat het aantal duurzame obligaties dat uitgegeven wordt is toegenomen sinds de Europese Investeringsbank (EIB) in 2007 de eerste Climate Awareness Bonds uitgaf, en de Wereldbank een jaar later volgde met zijn eigen groene obligatie. De keuze voor beleggers is dus groter, met de uitgifte van bijvoorbeeld social bonds en blue bonds.
Morningstar heeft eerder uitgebreid geschreven over green bonds. Lees dat allemaal hier:
- Bij duurzame obligatiefondsen valt er steeds meer te kiezen
- Groene obligaties: wat zijn het en hoe beleg je daarin?
- Dit moet je weten over green bonds
- Let hierop bij het rendement van green bonds
Gids voor duurzaam beleggen in vier delen
Benieuwd hoe het verder gaat met deze serie? Deze week verschijnt nog één artikel in deze vierdelige reeks die gewijd is aan het verduurzamen van je portfolio in 4 stappen. De laatste stap is:
Stap 4: Maak een stappenplan voor de transformatie van je portfolio