De meeste Nederlandse particuliere beleggers zullen ze niet kennen, maar er zijn op het moment aardig wat Amerikaanse softwarebedrijven die de moeite waard zijn om eens een blik op te werpen. Een aantal topbedrijven presenteerden recent zulke goede cijfers dat hun koers weer wat steeg, maar dan nog zijn het redelijk goedkope aandelen, zo schrijft aandelenanalist Malik Khan van Morningstar in een recente analyse over deze bedrijfstak.
Daar komt bij dat softwarebedrijven die zich richten op datamanagement en databescherming voor grote bedrijven een behoorlijk stormbestendig verdienmodel hebben – geen overbodige luxe in een tijd waarin velen een lagere economische groei en zelfs een recessie vrezen.
Neem bijvoorbeeld Elastic, Datadog, Dynatrace en Splunk: alle vier helpen deze ondernemingen hun klanten bij het soepel laten draaien van hun datasystemen. Zelfs als het economisch beroerd gaat, zullen die niet hard gaan bezuinigen op dit soort cruciale IT-diensten en software als ze die eenmaal afnemen. Niemand wil immers een datahack op zijn geweten hebben of een IT-systeem dat plat ligt, waardoor er ineens niet meer fatsoenlijk gewerkt kan worden (en geld verdiend kan worden).
Daarnaast hebben steeds meer bedrijven hun data naar de cloud verplaatst, waardoor de noodzaak alleen maar groter is geworden om software te hebben die controleert of het IT-systeem naar behoren werkt. Dat maakt softwarebedrijven met zakelijke klanten crisisbestendiger dan degene die zich op particuliere klanten richten, zoals Dropbox en Norton.
Lucratieve business
Bovendien geldt voor de particuliere markt dat de concurrentie daar veel groter is dan op de zakelijke markt: de software die consumenten nodig hebben, is nu eenmaal makkelijker in elkaar te zetten dan die voor ondernemingen, aldus analist Khan. Verder hebben particulieren vaak korter lopende abonnementen, waardoor je ze eerder kwijt kunt raken als klant. Ook zijn ze vaker geneigd om in financieel zware tijden op te zeggen.
Maar was de softwaresector dit jaar niet een van de zwaarst getroffenen op de beurs? Klopt: de S&P SPDR Software and Services-ETF daalde sinds november 2021 met 34,1%. Dat was een nog hardere val dan in de hele technologiesector: de Morningstar US Technology daalde in dezelfde periode bijvoorbeeld 21,5%, versus 15% voor de brede Amerikaanse marktindex.
Maar recent komt er weer leven in de koers van sommige software-aandelen, nadat die in het eerste kwartaal sterke prestaties bleken te hebben neergezet. Khan wijst bijvoorbeeld naar de koersen van Salesforce en Okta, die beide met ruim 12% stegen: een klassiek geval van rebound, noemt de analist dat.
Ook het aandeel Elastic is hard gestegen nadat het zijn eerstekwartaalcijfers publiceerde: met ruim 23%. Maar zelfs dan nog staat het veel lager dan vorig jaar. En hetzelfde geldt voor Datadog, Dynatrace en Splunk: ook zij overtroffen de verwachtingen van analisten en beleggers met hun eerstekwartaalresultaten én zijn nog steeds ondergewaardeerd in Morningstars ogen.
De wind mee
Waarom juist deze vier softwarebedrijven de wind nu mee hebben? Omdat het typisch voorbeelden zijn van ondernemingen die zich concentreren op softwarediensten gericht op het continu monitoren van de veiligheid van datasystemen voor klanten. En feit is dat veel ondernemingen op verouderde IT-systemen draaien en in een proces van digitale transformatie zitten, waarin ze steeds meer data in de cloud opslaan. Hetgeen de vraag naar zogeheten full-stack monitoring services aanwakkert.
Honderd procent recessiebestendig zijn ze niet: mocht er een langdurige recessie komen, dan zullen ook grote bedrijven gaan snijden in aanvullende, extra diensten die ze bij hen afnemen. Maar zelfs in dat soort heftige tijden zal een groot deel van hun inkomsten intact blijven – en dat is meer dan je van veel andere techbedrijven kunt zeggen.
Tot slot nog een korte blik, één voor één, op Okta, Datadog, Splunk en Elastic, voor beleggers die deze bedrijven niet kennen en geïnteresseerd zijn in hun reële waarde.
Okta: jaloersmakende positie
Om te beginnen Okta (OKTA), volgens Morningstar-analist Mark Cash marktleider op het gebied van online identificatie- en toegangsmanagement. Omdat het op dit gebied voorloopt, heeft Okta een zogeheten Narrow Moat in Morningstars classificatiesysteem dat het concurrentievoordeel van een partij aanduidt ten opzichte van soortgenoten. Het bedrijf heeft een jaloersmakende positie in Cash zijn ogen: organisaties gebruiken steeds vaker als eerste verdedigingslinie online identificatie in binnen hun bedrijfssystemen. Morningstar schat Okta’s reële waarde (de zogeheten Fair Value) per aandeel op $280 (omgerekend ongeveer €266).
Datadog: ook concurrentievoordeel
Voor Datadog (DDOG) geldt dat Morningstar zijn reële waarde (Fair Value) per aandeel inschat op $192 (ruim €183), een heel stuk onder de huidige beurskoers van rond de $110. Omdat het net als Okta ook over beperkte concurrentievoordelen beschikt, heeft het een Narrow Moat-rating, aldus Morningstar-aandelenanalist Malik Ahmed Khan.
Splunk: te hard afgestraft
Het wordt eentonig, maar ook Splunk (SPLK) beschikt over een Narrow Moat-classificatie en zijn reële waarde (Fair Value) ligt volgens Morningstar op $175 (een kleine €167). Volgens analist Khan is ook Splunk te hard afgestraft door beleggers, tegelijk met de hele techsector. Maar dat biedt wél een goed startpunt voor beleggers die willen instappen bij dit aandeel.
Elastic: zelfde verhaal
Ook Elastic (ESTC) is volgens analist Khan slachtoffer van een te strenge beoordeling door beleggers in techaandelen, en zit met een geschatte reële waarde (Fair Value) van $100 (circa €95,40) nog ruim 20% onder zijn huidige koers op de beurs. Het bedrijf beschikt net als bovengenoemde soortgenoten in de softwarebranche over een aantrekkelijke set producten, volgens analist Khan. Het heeft dan ook net als zij een Narrow Moat-rating binnen Morningstars classificatiesysteem dat naar de concurrentiepositie van bedrijven kijkt.