De presentatie van de cijfers over het eerste halfjaar kwartaal die Unilever (UNA) dinsdagmorgen bekend heeft gemaakt, is door veel beleggers ongetwijfeld met argusogen gevolgd. Dat was namelijk ook het moment waarop Hein Schumacher, de kersverse nieuwe bestuursvoorzitter van het levensmiddelen- en verzorgingsproductenconcern, voor het eerst acte de présence gaf.
Op de gepresenteerde cijfers heeft Schumacher echter nog geen invloed gehad - zijn eerste werkdag als nieuwe ceo van Unilever was nog geen maand geleden, op 1 juli. De kans is ook klein dat hij als commissaris al impact heeft gehad op de strategische koers die het concern vaart. Met die laatste functie was Schumacher - tot voor kort ceo van zuivelconcern FrieslandCampina – namelijk pas net begonnen, afgelopen najaar.
Beleggers zullen alles wat Schumacher deze dinsdag en daarna zegt en doet - of juist nalaat - uiterst nauwgezet en kritisch volgen, omdat zij al tijden ontevreden zijn over het koersrendement dat zij op hun aandelen Unilever behalen. Dat wijten zij aan de bedrijfsstrategie, die in hun ogen anders moet.
Dit eerste halfjaar van 2023 blijkt Unilever echter beter gepresteerd te hebben dan aandelenanalisten vooraf hadden gedacht. Zo groeide de verkoop in die periode met 9,1%, terwijl analisten gemiddeld waren uitgekomen op 8,3%, zo schrijft aandelenanalist Ioannis Pontikis van Morningstar in een update naar aanleiding van de nieuwe cijfers.
Veel hogere prijzen
Die groei van het totale concern was overigens vooral te danken aan de veel hogere prijzen die Unilever heeft ingevoerd. Het effect daarvan was goed voor maar liefst 9,4%, terwijl het volume aan verkochte voedingsmiddelen en verzorgingsproducten slechts met 0,2% toenam.
Als je de groei per bedrijfsdivisie bekijkt, blijkt wel per tak te verschillen hoe de vork precies in de steel zit. Zo is bij de beste scorende divisie, Beauty & Wellbeing (cosmetica en persoonlijke verzorgingsartikelen), het aantal verkochte producten een stuk harder dan gemiddeld gestegen het eerste halfjaar: met 3,8%. In het tweede kwartaal was dat zelfs bijna 5%.
Het beroerdst presteerde de productcategorie IJs: ijs is zoveel duurder geworden (de prijs steeg gemiddeld met ruim 12%) dat consumenten het eerste halfjaar het beduidend minder vaak kochten. In totaal daalde daardoor de hoeveelheid verkocht ijs met ruim 5%.
Stijging beurskoers
Unilevers beurskoers ligt al tijden lager dan die van zijn concurrenten – denk aan het Zwitserse Nestlé en het Amerikaanse Procter & Gamble. Schommelde Unilevers koers voor de publicatie van de halfjaarcijfers rond de €46-€47, bij Nestlé ligt die tussen de 103 en 118 Zwitserse frank en bij Procter & Gamble in de bandbreedte $122-158.
Na de presentatie van de gunstige halfjaarcijfers op dinsdagochtend 25 juli steeg de koers echter behoorlijk, met ruim 5% naar bijna €49, waarmee het de grootste stijger in de AEX index was. Zo’n hoge koers had het aandeel Unilever al in geen maanden meer gehaald – voor het laatst gebeurde dat begin mei.
Onder vuur
Volgens beleggers en analisten presteert Unilever op de lange termijn op de beurs niet goed omdat de strategie van de vorige bestuursvoorzitter, Alan Jope, die sinds 2019 in het zadel zat, niet deugt. Maar nieuwe ronde nieuwe kansen. En dus hopen de critici dat de nieuwe leider van Unilever meer aandacht (en geld) zal gaan besteden aan productcategorieën waarmee veel winst gemaakt kan worden. Daarbij zou Schumacher volgens analisten moeten inzetten op de introductie van innovatieve merken waarvan de omzet en winst snel kunnen groeien.
Licht ondergewaardeerd
De koers van het aandeel Unilever, die zoals gezegd al een tijd tussen de €46-€48 schommelde, ligt wel een stukje onder de reële waarde per aandeel. Deze zogeheten Fair Value (een Morningstar-term) bedraagt volgens analist Pontikis €52. Wie het aandeel nu koopt, treft dus wel wat opwaarts potentieel aan. Overigens heeft Pontikis deze Fair Value naar aanleiding van de gepubliceerde halfjaarcijfers en de groeiverwachtingen voor heel 2023 licht verhoogd: van €51 naar €52.
Maar ook al is het aandeel Unilever niet zwaar ondergewaardeerd, er zit natuurlijk wel veel waarde in het concern, getuige ook de Wide Moat-classificatie die Pontikis aan het aandeel heeft toegekend. Deze classificatie gebruikt Morningstar om grote concurrentievoordelen aan te duiden. Die zitten ‘m in drie zaken. Ten eerste in de diepe geworteldheid van Unilevers producten in de toeleveringsketen van winkeliers - dat behoort tot zijn immateriële activa.
Voorts in de merkmacht die Unilever in bepaalde productcategorieën heeft en ten derde in de kostenvoordelen die het door zijn schaalgrootte en diverse productportefeuille geniet. Er komt jaarlijks natuurlijk niet voor niks meer dan €60 miljard aan inkomsten binnen.
Slechtere beursprestaties
Ioannis Pontikis, aandelenanalist bij Morningstar, lijkt het in de zeer uitgebreide analyse die hij niet lang geleden over Unilever publiceerde, eens te zijn met de kritiek van beleggers. Ook hij benadrukt dat het aandeel op de beurs slechter presteert dan beursgenoteerde soortgenoten. Volgens Pontikis komt dat omdat Unilever de investeringen in marketing, zijn kapitaalinvesteringen en de uitgaven aan onderzoek en ontwikkeling (R&D) heeft teruggeschroefd. Dat heeft na verloop van tijd tot een kleiner marktaandeel van Unilever geleid en een zwakke organische groei, vergeleken met die soortgenoten.
De analist wijst er wel op dat het bestuur van Unilever onder Jopes leiding al de nodige stappen heeft gezet om de prestaties te verbeteren. Zo is een nieuwe organisatiestructuur geïntroduceerd die de toerekenbaarheid zouden moeten verbeteren, en tot een betere uitvoering zou moeten leiden, zo schrijft hij in zijn rapport.
Straffe bezuinigingen
Daarnaast is een bezuinigingsprogramma doorgevoerd waarmee Unilever jaarlijks €2 à 2,5 miljard verwacht te besparen. Als dat lukt, zou de winstmarge deels moeten herstellen. Ook wordt al een tijdje actief gestuurd op zwaar investeren in gouden merken en productcategorieën (de zogeheten billion-euro brands), ook door overnames.
Tegelijkertijd is Unilever bezig productcategorieën die onvoldoende groeien te verkopen – kijk maar naar de thee- en smeerselsdivisies. Over de verkoopcijfers op de middellange termijn – vijf à tien jaar – zouden beleggers zich ook weinig zorgen hoeven te maken. Meer dan 60% van zijn spullen verkoopt Unilever namelijk in opkomende markten, zoals China, Afrika en India, waar de bevolking nog groeit en de economie ook.
Daar staat tegenover, zo stellen wat somberder ingestelde analisten, dat Unilever in een van de meeste competitieve categorieën opereert – massaconsumentengoederen. Daar hebben nieuwkomers de reputatie dat ze op innovatieve wijze niches in de markt vinden én vullen.
Hechte banden
Dat maakt van Unilever een van de belangrijkste leveranciers voor retailers wereldwijd. Zijn sterke band met retailers zoals supermarkt- en drogisterijketens maken nadrukkelijk onderdeel uit van zijn concurrentievoordeel.
Als je consumentengoederen verkoopt, is het immers vechten om de beperkte schapruimte en distributiecapaciteit. Voor een nieuwkomer zou het uiterst moeilijk zijn om de positie die Unilever gaandeweg heeft opgebouwd in retailland te repliceren.
Om nog even terug te komen op de nieuwe topman, Hein Schumacher: dat was niet de droomkandidaat van grote aandeelhouders die hadden gehoopt op een bekende naam van een Amerikaanse concurrent van Unilever met ervaring in het doorvoeren van grote strategiewijzigingen, zo schreef Het Financieele Dagblad daags nadat Unilever begin dit jaar zijn benoeming bekend had gemaakt. In plaats daarvan kregen zij Schumacher die volgens het FD een grote onbekende in de Londense City, waar de belangrijkste aandeelhouders van Unilever zetelen.
Maar voor Unilever is de nieuwe bestuursvoorzitter niet helemaal een onbekende: hij begon zijn carrière eind jaren negentig bij Unilever en heeft sindsdien veel ervaring opgedaan bij andere bedrijven die consumentengoederen verkopen. Zo werkte hij bij de Amerikaanse voedselgigant Heinz (hier vooral bekend van de ketchup) én bij de Nederlandse zuivelcoöperatie FrieslandCampina.