Ook in de VS hebben we gezien dat kleinere ondernemingen veel betere beleggingsrendementen lieten zien over de laatste jaren dan aandelen met een grote markt
kapitalisatie en dat gold helemaal voor zogenoemde waarde-aandelen onder de small caps welke over de laatste drie jaar gemiddeld 19,5% in waarde stegen (in dollars).
Beleggingsfondsen die enkel in small- en of midcaps beleggen hebben bestaansrecht. Veel kleinere ondernemingen worden niet of nauwelijks gevolgd door analisten terwijl grote ondernemingen op aandacht van tientallen effectenhuizen kunnen rekenen. Dat betekent dat de kans om op een onontdekt pareltje te stuiten vele malen groter is tussen de smallcaps. Goede smallcaps beheerders met een goed researchapparaat zullen – rekening houdend met stijlverschillen – dan ook eerder in staat zijn om het beter te doen dan de index. Voor beleggers betekent dit dat het track record (de resultaten uit het verleden) van meer belang zijn bij de keuze voor een fonds dan bij een gemiddeld doorsnee largecap fonds. Een smallcap beheerder kan sneller dan zijn largecap collega’s laten zien wat hij waard is.
Er is nog een reden voor beleggers om extra aandacht voor vooral small caps te hebben. Beleggers die wat meehobbelen met de adviezen van hun bank en kiezen uit de rijtjes met huisfondsen, zullen niet zelden nauwelijks of niet in kleinere ondernemingen beleggen. Er zijn simpelweg veel minder small- en midcapfondsen en bovendien zijn ze van kleinere omvang en hebben ze dus minder grote marketingbudgetten. Minder dan 5% van de aangeboden fondsen in Europa heeft een uitgesproken voorkeur voor kleine ondernemingen.
Een typisch probleem voor beheerders van smallcapfondsen die wel wat breder bekendheid krijgen, is dat ze slachtoffer worden eigen roem. Een fonds dat succesvol in smallcaps belegt, zal aandacht trekken van nieuwe beleggers en groter groeien. Op een gegeven moment is de omvang van het fonds dermate gestegen dat het type ondernemingen waarin het voorheen belegde een maatje te klein is geworden. Het fonds kan dan posities niet snel genoeg op- en af bouwen zonder al te grote invloed uit te oefenen op de beurskoers. In Nederland nam het succesvolle Orange Fund onder de toenmalige leiding van Willem Burgers een central rol in als het ging om Nederlandse smallcaps wat uiteindelijk leidde tot excessen en rechtszaken die u vast bekend zijn.
Het fonds ging vervolgens zijn aandacht verleggen van de allerkleinste aandelen naar wat grote marktkapitalisaties waarmee de oorspronkelijke opzet is veranderd. Gezegd moet worden dat in Europees perspectief het Orange Fund nog steeds de allerkleinste aandelen selecteert.
Ook het zeer succesvolle Fidelity European Growth Fund – het grootste Europa-fonds – is door succes steeds meer in largecap aandelen gaan beleggen. Dat maakt het niet meteen een slecht fonds, maar de oorspronkelijke opzet is langzamerhand wel gewijzigd.
Een oplossing voor smallcapfondsen die vanwege hun succes veroordeeld worden tot mid- of largecaps bestaat wel degelijk. In de VS komt het vaak voor dat de beheerder ervoor kiest om het fonds dicht te gooien en geen nieuw geld van nieuwe beleggers aan te nemen. In Europa is dit voor marketingafdelingen helaas nog onbespreekbaar omdat zij uit principe geen ‘nee’ verkopen.