Het principe lijkt simpel, maar het beleggingsuniversum van Talents tel
t wereldwijd nauwelijks meer dan 1500 ondernemingen. En dus toont deze beheerder geen geografische afwijkingen of voorkeuren, alhoewel hij toegeeft dat hij te kleine markten als Thailand, waar het landenrisico groot is, mijdt: “ik wil geen risico’s aangaan die ik niet kan controleren”. Ook op sectorniveau bestaan er geen voorkeuren, hij geeft toe dat het fonds wel onderwogen is in sectoren als energie en zakelijke dienstverlening omdat deze “te afhankelijk zijn van de stand van de economie. Ik prefereer ondernemingen waar de ondernemer, en niet de omgeving, de waarde bepaalt”.
Het feit dat een onderneming met een langetermijnvisie wordt geleid, is alleen niet voldoende. Daarenboven er moet ook de potentie zijn dat de beurskoers zal stijgen. Op dit moment gaat de interesse van Charles Firmin-Didot uit naar minder dure aandelen en gebruikt hij de PEG ratio (de koerswinstverhouding gedeeld door de groei). “De markt heeft een gemiddelde van 1,4 terwijl wij geïnteresseerd zijn in ondernemingen met een PEG ratio van maximaal 1 en bij uitzondering een beetje meer als er een speciale aanleiding toe is.” Momenteel is de gemiddelde PEG ratio in de portefeuille 0,9.
De beheersprincipes van het fonds hebben in de loop van de laatste jaren geleid tot aantoonbaar goede prestaties, waarbij het waar is dat dit gepaard ging met een wat hoger dan gemiddelde standaarddeviatie. “De volatiliteit van het fonds ligt boven die van de index, maar ik denk niet dat volatiliteit een goede indicator is van risico.” Tenslotte de kosten van het fonds, die zijn aan de hoge kant en lopen op tot 1,80%. Charles Firmin-Didot is daar heel duidelijk in: “Het is een kwestie van gezichtspunt. Beheerskosten van 0,5% voor beleggen volgens de index, dat is pas duur!”.