Het is dan ook verrassend dat de firma dit jaar “Beste Grote Fondshuis voor Aandelenfondsen” is. Toch heeft Threadneedle mensen aan de grond in Nederland sinds 2006 en zijn er minstens 75 aandelenfondsen geregistreerd voor verkoop in Nederland wanneer we alle fondsklassen meetellen. Daarbij heeft Threadneedle in Londen een groot beleggingsteam dat bestaat uit 100 professionals gericht op aandelen om het vermogen in deze beleggingscategorie – momenteel ongeveer 75 miljard euro, te beheren. Het is zeker te verdedigen dat Threadneedle een grote speler is.
De statistieken voor de aandelenfondsen van het fondshuis zien er goed uit. De gemiddelde Morningstar Rating is 4 sterren en er zijn voldoende fondsen met 5 sterren als het European Small Companies fonds dat in Nederland geen onbekende is. Niet allen had dit fonds goede prestaties over 2008, het behoort ook tot de top 10 over een 3 en 5 jaars periode.
De prestaties zijn goed in segmenten als Large Cap waarbij men zich richt op ontwikkelde markten. Bijvoorbeeld het European Fund (large cap excl. VK), Pan-European Fund (large-cap blend) en UK Equity Fund (large-cap value) zijn allen vijfsterrenfondsen.
De groeifondsen van Threadneedle doen het wat minder dan de large cap waarde en gemengde fondsen, maar laten nog steeds goede prestaties zien. Pan-European Accelerator (Europa large-cap groei), het America Fund (VS large-cap groei), Global Select (wereldwijd large-cap groei) hebben allen 4 sterren.
De groep is minder succesvol met fondsen die niet tot de kern behoren en zich richten op markten die verder weg liggen. De Japan-fondsen zowel large cap als small cap hadden het moeilijk in 2008 in zowel in absolute als relatieve termen. Dichterbij huis zijn de prestaties van het UK small-cap fonds ook minder.
Er zitten maar weinig fondsen tussen met lagere ratings en Threadneedle’s lage kosten geven het een voorsprong om de hoge ratings mogelijk ook in de komende jaren vast te houden. De Total Expense Ratio’s zijn gemiddeld 1,4%, bijna 50 basispunten lager dan het gemiddelde voor alle fondsen geregistreerd voor verkoop in Nederland. Deze afwijking maakt op lange termijn nogal wat uit voor aandeelhouders, helemaal als men rekening houdt met het “rente-op-rente” effect. Lage kosten gecombineerd met een focus op fondsen waar specifieke kennis aanwezig is, bleek een winnende formule te zijn in 2008 en geeft ze ook in komende jaren een goede positie.