Koop geen koffie in de morgen
ETFs zijn "hot" en hun groei is sterker dan die van beleggingsfondsen. Er zijn duizenden ETFs op bijna evenzoveel indices. Volgens Bradley Kay, ETF-analist bij Morningstar, zit de bulk van het vermogen van ETFs in gewone aandelenproducten waaronder veel bekende beursindices en sectoren. Meer recentelijk ziet hij vooral instroom in indexaandelen met emerging markets, euro bedrijfsobligaties en ook overheidsobligaties. Hij gaf deze visie op het recente seminar ETF Insights 2010 waar deskundigen discussieerden over ontwikkelingen rond ETFs.
Volgens Leon Seyer, CEO van ETF-aanbieder Lyxor, gaat de groei van ETFs de komende vijf jaar met zeker 25 procent per jaar door, zowel in de Verenigde Staten als in Europa waar ETFs nog in de kinderschoenen staan en vooral door institutionele partijen worden gebruikt. De handelsvolumes op de beurzen zeggen daardoor niet alles over liquiditeit want institutionele partijen handelen ook met elkaar zonder dit aan de beurs te rapporteren.
Iedereen strateeg
ETFs kunnen een alternatief zijn voor duurdere actieve fondsen. Maar op ETF Insights ging de discussie nu niet eens over of indexbeleggen beter of slechter is dan proberen de index te verslaan. Nee, het ging over actieve strategieën die beleggers met ETFs kunnen uitvoeren. Zoals Arthur van Slooten, strateeg bij Société Générale stelde: “Iedereen is nu strateegje geworden.” Met behulp van ETFs kan een belegger zijn eigen tactiek bedenken en uitvoeren met behulp van gespreide portefeuilles.
ETF-strateeg Kay wees vooral op momentum en value-strategieën. Twee ogenschijnlijk tegengestelde strategieën die in versimpelde vorm echter door iedereen uitgevoerd kunnen worden en in het verleden volgens Kay voor resultaat zorgden. Een value-strategie is bijvoorbeeld om uit een groep van 10-15 landen een paar van de laagst gewaardeerde naties te identificeren en daarin te beleggen. Wie niet kan bepalen welk land het laagst gewaardeerd is, kan ook de ETFs nemen van beursindices die de laatste jaren het minst gestegen zijn. Fundamentele data is dan niet meer nodig. Een momentum-strategie is om landen of sectoren te kopen die in de laatste weken of maanden het sterkste stegen in de verwachting dat de stijging nog even aanhoudt.
Handomdraai
Van Slooten gaf zijn vooruitzichten voor 2011. Wie veilige AAA-staatsobligaties zoekt, kan misschien nog wat waarde vinden in Australië, Nieuw Zeeland, Zweden en Noorwegen. Sectoren met momenteel de hoogste dividendrendementen vond hij bij verzekeraars, farmacie en telecom. Een gespreide en goedkope belegging in deze sectoren is in een handomdraai gedaan door ETFs.
Strateeg Van Slooten wees op het nerveuze karakter van markten. Als er in de media gesproken wordt over een dubbele dip, dan gaat de volatiliteit van de markt omhoog. Hetzelfde geldt voor deflatie-geruchten en inflatie-angst. Wat het zal worden weten we niet, maar voor beiden doen markten het in hun broek. Voorlopig onterecht want de Fed zal tot in 2013 de tarieven laag houden en onderstreept dat door nog eens 600 miljard in het economisch systeem te pompen. Voorlopig zullen we het moeten doen met lage rentes en daarom zullen kapitaalmarktrentes ook niet fors kunnen stijgen.
Van Slooten duidde de recente stijging van de rente als het gevolg van hedge funds die gedwongen posities moesten afwikkelen en staatsobligaties verkochten. Van Slooten ziet in ontwikkelde markten voorlopig nog vooral goede vooruitzichten voor bedrijfsobligaties, maar als de fusieactiviteiten toenemen is het de hoogste tijd om over te stappen op de laag gewaardeerde aandelenmarkten.
Actief
Eens waren indexfondsen voor beleggers zonder visie die brede spreiding nastreefden. Dat is inmiddels anders: ETF-beleggers zijn actieve beleggers. Wie een visie heeft, of een eigen gebouwd beleggingsmodel, kan deze vrij goedkoop en eenvoudig uitvoeren.
Sommige short-ETFs (zeg maar een negatieve belegging) worden uitsluitend door day traders gebruikt. De omvang van die ETF is midden op de dag soms 200 miljoen euro, maar aan het eind van de dag levert iedereen zijn short weer in en heeft de ETF ogenschijnlijk geen marktkapitalisatie meer.
Onderzoek naar operationele zaken bij ETFs blijft geboden. Een groot onderscheid is er tussen ETFs die daadwerkelijk alle of bijna alle aandelen uit een index kopen (iShares en alle Amerikaanse ETFs) en synthetische ETFs die met derivaten (swaps) werken (de rest). De laatste hebben als voordeel dat ze voor professionele market makers veel makkelijker zijn samen te stellen wat de liquiditeit ten goede komt. Maar ze kennen wel tegenpartijrisico want een swap is niets anders dan een afspraak met een tegenpartij.
Volgens Kay van Morningstar gaat het echter de goede kant uit met de beheersing van dat risico en de transparantie in de verslaglegging. ETFs worden daarbij geholpen door enerzijds de Europese regelgeving over beleggingsfondsen (Ucits IV) die volgend jaar effectief moet worden en anderzijds Europese regelgeving voor alternatieve beleggingen, waaronder veel ETFs ook geschaard kunnen worden.
Over sommige specifieke ETF’s waren marketmakers op ETF Insights niet te spreken. “Sommige ETFs zijn niet te hedgen, niet te verhandelen en er gebeurt niets in.” Een ogenschijnlijk simpele index als de MSCI Wereldindex met zijn duizenden aandelen is in de vorm van een ETF veel moeilijker om te hanteren dan een simpele index als de AEX of de CAC40.
Sommige aspecten van ETFs blijven echt voorbehouden aan insiders. De meeste beleggers zullen niet weten dat een ETF op koffie nooit ’s ochtends moet worden aangekocht. De koffiemarkten zijn dan nog niet open en de spreadstelling op een ETF zal dan ongunstiger zijn want de market maker of ETF- aanbieder wil niet het risico lopen van een plotselinge prijsstijging in het zwarte goud. Je moet het maar weten.