De eurozone kreegvorig jaar twee gezichten. Enerzijds zijn er veilige landen als Nederland en Duitsland en anderzijds landen als Portugal, Ierland, Italië, Griekenland en Spanje met grote financiële problemen en die inmiddels een stuk risicovoller worden geacht. Behalve een gezond wantrouwen jegens Griekenland, begon het jaar 2010 rustig. Het land had in het najaar van 2009 al toegegeven dat zijn begrotingstekort zou verdubbelen.
Daarna begon de markt voor staatsobligaties echter aan een wilde achtbaanrit om in april weer wat te kalmeren na een pakket leningen voor Griekenland. Maar tegen eind april en begin mei was de paniek weer helemaal terug, nadat Griekenland officieel de junk status had gekregen van de ratingbureau’s. De EU zag zich genoodzaakt om aanvullende maatregelen te treffen en ging over tot het verstrekken van leningen aan Griekenland voor een bedrag van € 110 mrd.
Beleggers begonnen in de zomer hun pijlen meer en meer te richten op Portugal en Ierland, waar de sterke daling van de huizenprijzen voor grote problemen bij banken zorgde. Ook Spanje kwam onder vuur te liggen na een neerwaartse beoordeling van kredietbeoordelaar Fitch en problemen bij de regionale spaarbanken. Begin november was de Ierse spread al opgelopen tot meer dan 5%, nadat Ierse banken wederom meer geld nodig bleken te hebben. Ierland moest in november aankloppen bij de EU voor steun. Tijdelijk bracht het rust, maar de landen in de periferie zijn nog niet verlost van de wantrouwende ogen van beleggers. Daarbij komt dat gesproken wordt over het einde van de 30-jarige bullmarkt voor staatsobligaties.
Passief doet mee
De problemen rond de overheidstekorten in de Eurozone misten hun weerslag op de categorie ‘Obligaties Overheid Euro’ niet. Het rendement was een schamele 1,1% waarmee het na geldmarktfondsen tot de slechtst presterende categorieën behoorde in 2010. Beleggers hadden dit goed door, want er stroomde meer dan € 4,5 mrd uit de categorie. Maar er waren uitzonderingen. Zoals Aegon Rente, een bastion van veiligheid. Er wordt alleen belegd in euro-obligaties en dan ook nog eens van overheden die een AAA-rating hebben.
Fondsmanager Erik Leseman maakt alleen een uitstapje naar niet-staatspapier als deze gegarandeerd zijn door de overheid. Om tot een visie te komen hanteert Aegon al 15 jaar lang een vier kwadrantenmodel waarmee de beleggers zich een beeld vormen over sentiment, de technische situatie, waardering en de macro-economische omgeving. Aegon is niet de meest flitsende vermogensbeheerder, maar dat neemt niet weg dat het een grote speler is. Het team van Leseman heeft de nodige miljarden onder handen, afkomstig van Aegon zelf, van fondsbeleggers en van institutionele klanten.
Het Vanguard EUR Gov Bond Index belegt fysiek in euro-obligaties en is een index fonds. Het koopt niet de hele index, maar zoveel als nodig is om een goede afspiegeling te zijn. Het is daarbij behoorlijk goedkoop met een expense ratio van 0,3%, wat helpt in de verschraalde omgeving van staatsobligaties.
Timing essentieel
Ruim 80% van het fonds is belegd in echte staatsobligaties, de rest in papier dat gerelateerd is aan en gegarandeerd wordt door de overheden. Het fonds valt op doordat het in zijn categorie in de diverse perioden consistent behoorlijk goede prestaties laat zien. De meeste van zijn actief beheerde sectorgenoten laten het ene goede jaar volgen door een slecht jaar. Van de perifere landen profiteerde dit fonds natuurlijk niet, maar de gewichten van deze landen zijn beperkt in de index.
De derde genomineerde Parvest Bond Euro Government wist als een van de weinigen ook na kosten zijn benchmarkindex behoorlijk bij te houden. Niet door het behalen van spectaculaire resultaten, maar door stabiel degelijke prestaties te laten zien. Claude Guérin beheert het fonds sinds 2005 en gidste het met vaste hand door een interessante periode. Het belegt in euro overheidsobligaties of obligaties die door de overheid worden gegarandeerd. Het heeft een klassieke top down aanpak, rente voorspellingen, landenselectie en op kortere termijn positionering op de yield curve. Het fonds is actief en in de top tien posities vinden we ook Portugal, Italië en Spanje. Ook in die landen is, mits men een goede timing heeft, volgens Guérin, rendement te behalen.
Genomineerden
Vanguard EUR Gov Bond Index
(geen kwalitatieve rating beschikbaar) / ****
Fondsmanager: Didier Haenecour en Gregory Davis
Rendement 2010: 1,2%
Parvest Bond Euro Government
(geen kwalitatieve rating beschikbaar) / ***
Fondsmanager: Claude Géurin
Rendement 2010: 1,1%
Aegon Rente
(geen kwalitatieve rating beschikbaar) / *****
Fondsmanager: Erik Leseman
Rendement 2010: 4,0%
Lees ook de speciale bijlage 'Outperformers' vandaag bij het FD met meer informatie over de genomineerde fondsen en hun managers en artikelen over de benchmark als fictie, kenmerken van de alpha-managers en gatekeepers over fondsselectie.
Terug naar overzichtspagina >