Dat zegt Morningstar’s head of research San Lie maandag in het FD. Om een goed inzicht te krijgen in de kosten, moet een belegger volgens Lie het prospectus, jaarverslag en de financiële bijsluiter van een fonds doorwerken. “Dat is voor veel particulieren niet te doen, alleen al vanwege de tijd die dat kost. Laat staan wanneer je meerdere fondsen met elkaar wilt vergelijken.”
Lie sluit zich hiermee aan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM), die bij monde van bestuurslid Theodor Kockelkoren tijdens de uitreiking van de Morningstar Awards de fondsindustrie opriep om helderheid te verschaffen. Hij pleitte ervoor om de particuliere belegger het liefst met één getal aan te geven wat hij aan kosten kwijt is als hij een beleggingsfonds wil aanschaffen.
Zo’n getal is er nu niet. De Total Expense Ratio (TER) is geen totaalprijs. Hierin zijn de beheervergoeding, accountantskosten en marketinguitgaven van het fonds verrekend, maar transactiekosten (de kosten die een fondsmanager maakt als hij bijvoorbeeld aandelen of obligaties aan- of verkoopt) zitten er niet in. Die worden achteraf in rekening gebracht.
Niet eenvoudig
Het FD doet een poging om de kosten van drie grote Nederlandse aandelenfondsen te vergelijken (Delta Lloyd Deelnemingen Fonds, Robeco Hollands Bezit en BNP Paribas AEX Index Fonds, maar komt tot de conclusie dat het niet eenvoudig is. Bijvoorbeeld door het verschil in verslaglegging door de fondsen. Een ‘Total Cost of Ownership’ zou wel een duidelijke indicatie geven van de kosten en maakt het mogelijk om op prijs te vergelijken, redeneert de zakenkrant. Maar het is gemakkelijker gezegd dan gedaan, denkt Lie. “Het zal moeilijk worden om vooraf een goede indicatie te geven. Dat komt vooral doordat transactiekosten moeilijk voorspelbaar zijn. Het aantal transacties is immers sterk marktgedreven.”
Lie voegt daar aan toe dat Morningstar deze kwestie graag op pan-Europees niveau wil regelen en dat het daardoor meer dan één jaar kan duren voordat een dergelijk getal dat alles kosten bevat er –mogelijk- komt.