In het kort
Het aandeel Unilever is redelijk gewaardeerd en daarmee op dit moment minder geschikt voor beleggers die –op lange termijn- koerswinst zoeken. Het is wel een aantrekkelijk dividendaandeel.
Een extreem gedecentraliseerde en complexe structuur hinderde Unilever in het verleden een groei en winstgevendheid te realiseren die horen bij één van de grootste spelers in de sector consumentengoederen. Maar Morningstar vindt, dat de pogingen van het management om inefficiëntie uit te roeien grip beginnen te krijgen, ondanks externe tegenwind. Deze strategie is al ingezet door voormalig CEO Patrick Cescau en wordt voortgezet door de huidige topman Paul Polman.
Unilever’s status van grote producent van voedings- en wasmiddelen en producten voor lichaamsverzorging komt voort uit de vooruitziende blik van de onderneming. Het verzekert zich van het voordeel om als eerste op een internationale markt aanwezig te zijn, in het bijzonder in de snelgroeiende opkomende economieën. Maar juist vanwege zijn strategie om al vroeg op lokale markten actief te zijn, slaagde Unilever er niet in om een heldere, wereldwijde strategie neer te zetten. Tegelijkertijd profiteerde Unilever niet volledig van de schaalvoordelen die zijn merken, faciliteiten en medewerkers opleveren. In ogen van Morningstar negeerde Unilever de schaal- en efficiëntievoordelen die in potentie aanwezig zijn bij een onderneming van zijn omvang.
Sceptisch
Unilever’s management werkt aan het snel op gang krijgen van de groei van de omzet en de verbetering van de operationele marge. Het meest recente herstructureringsprogramma snijdt agressief in de merkenportefeuille van de onderneming, in productiefaciliteiten en in het personeelsbestand. Hoewel het management nog steeds weigerachtig is om doelstellingen te geven voor de verbeteringen die het nastreeft, verwacht Morningstar een operationele marge van 16 procent in 2015 (tegenover een aangepaste operationele marge van 15 procent in 2010). We zijn sceptisch of deze reorganisatie succesvoller is dan eerdere pogingen om de complexiteit van Unilever’s activiteiten te verkleinen –zie het "Pad naar groei"-initiatief – die faalden om de verwachtte omzet en marges te halen.
Uitdagingen
Unilever kampt ook met externe uitdagingen, zoals een aanhoudende grondstofkosteninflatie en een slappe consumentenuitgaven, vooral in ontwikkelde markten. Druk van grondstofkosten (zoals van petrochemische producten, eetbare oliën en thee) is niet verdwenen en Morningstar denkt, dat door de toenemende vraag uit opkomende landen de kosten op de lange termijn in de lift zitten. Vanuit ons perspectief kan ook de volumegroei afvlakken als Unilever de prijzen van zijn producten verhoogt om gestegen kosten te compenseren. Consumenten kunnen dan kiezen voor goedkopere alternatieven vanwege bezuiningsmaatregelen van Europese overheden die tot een langzamere economische groei leiden en vanwege de hoge werkeloosheid.
Hoewel de cijfers van Unilever laten zien dat de onderneming zich goed staande houdt ondanks deze uitdagingen, zijn we ons bewust van de impact die veranderingen in de consumentenvraag in zowel Europa als Noord-Amerika kunnen hebben op de kortetermijnvooruitzichten.
Redelijk gewaardeerd
Morningstar schat de fair value van Unilever (de waarde van een onderneming op basis van de geschatte, toekomstige kasstroom) op 25 euro per aandeel. Tegen de huidige koers van om en nabij 25,40 euro is het aandeel in onze ogen dan ook redelijk gewaardeerd. De verhouding koers-fair value is 1. Het aandeel Unilever staat dan ook op 3 sterren (op een schaal van 1 tot 5 wat respectievelijk staat voor maximaal overgewaardeerd tot maximaal ondergewaardeerd).
Wordt Unilever afgezet tegen concurrenten Nestlé en Procter & Gamble (zie tabel hieronder) dan is het Amerikaanse Procter & Gamble de meest aantrekkelijke optie voor beleggers. Waar Unilever en Nestlé een kleine voorsprong op concurrenten hebben (narrow moat), heeft Procter & Gamble een grote concurrentievoorsprong (wide moat). De voorsprong is bij alle drie de ondernemingen stabiel, dus dat maakt geen verschil, maar betekent wel dat Procter & Gamble zijn voorsprong behoudt.
Wat betreft de onzekerheid omtrent de fair value (uncertainty), noteren Nestlé en Procter & Gamble met ‘low’ iets beter dan Unilever (‘medium’). Wat naast de sterke concurrentievoordelen voor Procter & Gamble pleit, is de onderwaardering van het aandeel. Het heeft 4 sterren. Zowel Unilever, Nestlé als Procter & Gamble zijn bekende en aantrekkelijke dividendaandelen met een dividendrendement van 3,6 procent.
Naar een uitgebreidere analyse van het aandeel Unilever >
Naar een uitgebreidere analyse van het aandeel Nestlé >
Naar een uitgebreidere analyse van het aandeel Procter & Gamble >
Lees ook
EURO 2012: McDonald’s ook op menu belegger
Morningstar onderzoekt of er bij de sponsoren van het Europees kampioenschap voetbal nog interessante beleggingstips zitten.
Welk sportmerk is de kampioen voor de belegger? Nike is de grootste, maar adidas scoort bij voetbal een doelpunt.
Tijd voor belangrijke (bij)zaken: EURO 2012
Hoe voetbal het consumentenvertrouwen kan herstellen en waarom Frankrijk het Europees kampioenschap voetbal moet winnen (vanuit economisch perspectief dan).
Met dank aan Erin Lash, analist bij Morningstar.